Beschrijving van de attractie
Wat Visunalat is de oudste tempel van Luang Prabang. Het heiligdom, ook bekend als Wat Visun en Wat Visunnarat, werd gesticht in 1512. De tempel herbergt een waardevolle collectie oude Boeddhabeelden. Wat Visunalat bestaat uit sim, zoals de tempel zelf wordt genoemd, een eenvoudige structuur, en Tat Pathum, een grote stoepa gebouwd in de Singalese stijl.
Het tempelcomplex brandde in 1887 af toen Luang Prabang gedeeltelijk werd verwoest en geplunderd door het Black Flag Army, een rebellengroepering uit China. De tempel werd gerestaureerd in 1898.
Een gravure van Louis Delaporte, een Franse ontdekkingsreiziger die in de jaren 1860 en 70 naar Cambodja en Laos reisde, toont het vorige gebouw van Wat Visunalata, eleganter en weelderig versierd dan de huidige tempel. Het dak van het oude heiligdom werd ondersteund door massieve houten pilaren van 30 meter hoog.
Het vereerde beeld van Boeddha Prabang in Laos was in Wat Visunalat in 1513-1707 en 1867-1887. Het is nu gehuisvest in het Koninklijk Paleis, omgebouwd tot het Nationaal Museum.
Sim (tempel) Wat Visunalata is een bakstenen gebouw met een dak van twee niveaus, versierd met gestileerde afbeeldingen van naga's. In het midden van het dak zie je de "dok met faa" - een decoratief element dat 17 miniatuur stoepa's onder parasols voorstelt. De houten deuren van de sim zijn van een eerder 16e-eeuws gebouw. Ze zijn verguld en gesneden. Daarop zie je de afbeeldingen van de hindoegoden Vishnu, Brahma, Indra en Shiva.
Sim bevat het grootste Boeddhabeeld in Luang Prabang. Rondom het vergulde beeld is een groot aantal kleine boeddhafiguren gemaakt van brons en hout. Sommige zijn meer dan 400 jaar oud.
De stupa Tat Pathum, 35 meter hoog, werd aan het begin van de 16e eeuw gebouwd. Het is bekroond met een koepel die lijkt op een watermeloen, daarom noemen de inwoners van Luang Prabang deze stupa vaak Watermelon. Stupa Tat Pathum leed ook onder de acties van de Black Flag-bandieten. Het bevatte oude afbeeldingen van boeddha's die waren gestolen. De beelden die intact bleven, zijn nu overgebracht naar het Koninklijk Paleis.
