Het grootste deel van Noord-Canada ligt op onbewoond land. Daarom onderscheidt de natuur van deze regio zich door zijn puurheid. Reizigers gaan erheen om de majestueuze bergen, meren en bossen te bewonderen, te genieten van de zuiverste koude lucht. Het noorden van Canada is de meest uitgestrekte regio van het land, dunbevolkt en ruig.
Het weer
Het noordelijke deel van het land ligt in de subarctische klimaatzone. Het wordt gekenmerkt door lange winters, korte en koude zomers. Zelfs in de zomer komt hier nachtvorst voor. Overdag kan de lucht opwarmen tot +15 graden. In de winter is het gebied erg koud - de temperatuur bereikt -45 graden. Het water is bijna een jaar bedekt met ijs. Om deze reden zijn noordelijke meren en rivieren ongeschikt voor mensen. Het is onmogelijk om je daar vrij te bewegen en te vissen, behalve op zomerdagen. In dit deel van het land valt relatief weinig regen, maar vorst komt regelmatig voor. De flora is niet erg divers, maar dichte bossen zijn hier te vinden. Het noorden van Canada wordt vertegenwoordigd door bostoendra en toendra, waarin de omstandigheden moeilijk zijn voor mensen om in te leven.
Lokale tradities
Noord-Canada heeft zijn eigen culturele kenmerken. Bewoners gebruiken Engels en Frans om te communiceren. Het grootste gebied van deze regio is Nunavut met als hoofdstad de stad Iqaluit. Hier ligt het hart van Noord-Canada, waar veel toeristen heen willen. Onder de lokale bevolking zijn er Eskimo's die de zeldzame Eskimo-taal gebruiken. De regio wordt als nogal arm beschouwd omdat de kosten van levensonderhoud hier hoog zijn. Consumptiegoederen zijn duur in het noorden. Daarom subsidieert de overheid voortdurend de regio in kwestie. De Eskimo's bezitten het land dat is aangewezen als Inuit Nunangat, dat vier regio's omvat. Een belangrijk onderdeel van de cultuur van dit volk is altijd het gebruik van de natuurlijke hulpbronnen van het noordpoolgebied geweest. Hun economisch en sociaal welzijn hangt hier rechtstreeks van af. Jagen op ijsberen is het exclusieve recht van de Eskimo's, dat wordt uitgevoerd om in hun vitale behoeften te voorzien.
Reizigers komen vissen in de noordelijke meren, waar snoek, forel, snoekbaarzen en andere vissen te vinden zijn. Voor vissen en jagen zijn speciale vergunningen vereist. Prooi voor jagers zijn beren, elanden, rendieren, bizons. Jagen in de Canadese taiga gaat gepaard met grote gevaren. Toeristen gaan de taiga niet in zonder een gids die het bos en de gewoonten van wilde dieren door en door kent. Het is onmogelijk om met een rechtstreekse vlucht naar afgelegen delen van Noord-Canada te komen. Eerst moet u naar een grote luchthaven in het land vliegen (in Quebec of Ontario) en vervolgens overstappen op een klein vliegtuig dat volgt naar het gewenste punt. Een exotisch vervoermiddel zijn hondensleeën, die meestal worden gebruikt door de inwoners van het noorden.
