Beschrijving van de attractie
De Porta Nigra-poort, wat "Zwarte Poort" betekent, wordt met recht beschouwd als het kenmerk van Trier en staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Gebouwd in 180 tijdens de hoogtijdagen van het Romeinse rijk, zijn ze de oudste nog bestaande verdedigingsstructuur in Duitsland. Het toenmalige Trier, ook wel "Noord-Rome" genoemd, was omgeven door een hoge vestingmuur met vier toegangspoorten. De enige die tot op de dag van vandaag bewaard zijn gebleven, vallen op door hun kracht en grootsheid. Ze zijn 36 meter breed, 30 meter hoog en 21,5 meter diep.
In tegenstelling tot zijn naam, is Porta Nigra gebouwd van witte steen die met de jaren donkerder is geworden. 7200 rotsblokken met een unieke structuur, elk met een gewicht tot 6 ton, zijn verbonden zonder cement: zorgvuldig gemonteerd, werden ze verbonden met ijzeren beugels en vastgezet met vloeibaar tin. Tijdens de middeleeuwen werden deze nietjes omwille van waardevol metaal gedeeltelijk door speciale gaten eruit gehaald. Maar ondanks talloze oorlogen en overvallen heeft het gebouw het volledig overleefd.
De legende verbindt een dergelijk behoud van de Zwarte Poort met de heremietmonnik Simeon, die daar woonde van 1028 tot 1035 en volgens zijn wil onder de poort werd begraven. Na zijn dood werd een kerk toegevoegd aan Porta Nigra, genaamd de kerk van St. Simeon. Op bevel van Napoleon in 1803 werd de kerk bijna volledig verwoest en kreeg de poort zijn oorspronkelijke uiterlijk. Tegenwoordig herbergt Porta Nigra een museum.
